Verbeterpunt 1: Convergerend materialiseren
Dit verbeterpunt uit blok drie is ook inzetbaar voor het huidige project.
| |
S
| Gedurende de materialisatiefase wil ik eerst de grote lijnen van het ontwerp definiëren om daarna de details verder uit te werken. Hierdoor ontstaat in het begin een beter beeld van het eindproduct. |
M
| Voor het ontwerp wil ik minimaal drie globaal belangrijke punten uitwerken voordat er wordt ingegaan op specifiekere details. Bijvoorbeeld, eerst de hoofdassemblage dan pas de sub - onderdelen. |
A
| Door deze manier van werken ontstaat sneller een globaal beeld van het product zonder verzeild te raken in details, wat tijd kost. Hierdoor kan het gehele ontwerpteam efficiënter zijn taken uitvoeren. |
R
| Het toepassen van deze werkmethode heb ik deels zelf in de hand. De uitvoering zal ook geaccepteerd moeten worden binnen het ontwerpteam. |
T
| Dit leerdoel wil ik beheersen binnen twee blokken. |
Leerdoel
| Van globaal naar details werken. In essentie de Delftste ontwerpmethodologie beter toepassen in de materialisatiefase. |
Activiteiten
|
Tijdens de materialisatiefase:
- Van groot naar klein werken
- Een activiteitenplanning maken
|
Verbeterpunt 2: Meer (spuug)modellen maken
| |
S
| In de loop van een projectfase wil ik een fysiek of softwarematig model kunnen maken om meer houvast te krijgen op het ontwerp. |
M
| Iedere fase wil ik met het ontwerpteam minimaal één model kunnen maken. |
A
| Het bezitten van meerdere (spuug)modellen is bevorderlijk voor het hele ontwerpteam. Ze kunnen worden gebruik om de haalbaarheid van een ontwerp aan te tonen, voor het team en tijdens presentaties. |
R
| Het maken van een model kan zelfstandig gebeuren. De complexiteit ervan is wel afhankelijk van de beschikbare tijd. |
T
| Dit leerdoel wil ik beheersen binnen twee blokken. |
Leerdoel
| Het maken van (spuug)modellen actiever betrekken bij het ontwerpproces. |
Activiteiten
|
Tijdens een fase:
- een model maken
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten